The Pineapple Thief
The Pineapple Thief – Versions of the Truth.
Pure meditatieve magie en bij vlagen weer kippenvel.
Ik geef het toe. Ik kom uit de kast. Ik ben verliefd op een man. Meer precies: op zijn drumkunsten. Gavin Harrison. Tien jaar geleden hield Porcupine Tree op te bestaan. Gavin Harrison dook op in King Crimson, en in 2016 in The Pineapple Thief. Ik stak al de loftrompet uit over deze groep ter gelegenheid van hun voorgaande album, Dissolution (2018). Live bleek de band pas helemaal tot zijn recht te komen. En nu dan Versions of the truth. Zou het hoge niveau vastgehouden worden?
Subtiel drumorkest.
Het blijft uniek wat The Pineapple Thief op Versions of the truth neer zet. Bruce Soord, de zanger, is op de top van zijn (artistieke) kunnen, het is wederom Gavin Harrison die de show steelt. Vlak echter de rest van de band niet uit. Maar tóch: is een band niet zo sterk als zijn drummer is? Dat blijft een intrigerend gezegde..
Ondergetekende drumde zijn jeugd op zolder thuis; er kwam echter geen drumstel aan te pas. Het bleef bij puberaal getik van de wijsvingers op het houtwerk van het dak kozijn. Er moet nog steeds een afdruk van te zien zijn. De afdruk is in ieder geval onder de bovenste koot van mijn wijsvingers te zien. Nog steeds. Ik had de neiging – onbewust – steeds méér te willen meespelen dan alleen maar het ritme van de drums. Vaak verwerkte ik het ritme van de bas of keyboards in mijn non-descripte “drummen”. Het leverde van allerlei ‘terloopse’ tussenritmes en totaal niet bedachte verborgen percussie op tussen de vier- dan wel ander kwartsmaat. Laat dit nu precies zijn wat Gavin Harrison doet in zijn drumpartijen! Ik herken dit! Ik snap dit! En ik en ik kan geen eens drummen. Maar áls ik het zou kunnen, zou ik zó drummen. Tenminste, zo klonk het in mijn oren, ergens in de jaren tachtig op dat zolderkamertje. Anno 2020 nog steeds overigens. Ik weiger op te groeien in dat opzicht.
Groter zelfvertrouwen.
Terug naar Versions of the truth. Deze tapt af met de titelsong, waar het concept van dit album naar voren komt: Bruce Soord zijn beschouwingen op de alternatieve waarheid cultuur van vandaag de dag. In Break it all is gelijk duidelijk dat de Great Gavin heerst. De fill op 2 minuut 30 is niet te beschrijven: luistert en huivert zelf. Luister naar de eerste tien seconden en zijn subtiele, onnavolgbare, drumorkest ontvouwt zich onder een donker, stuwend ritme in oosterse klanken. The Pineapple Thief heeft op dit album een nog groter zelfvertrouwen gekregen. Iedere song lijkt episch op zichzelf te hebben. De muziek klinkt subtiel, krachtig tegelijk maar wordt nergens overschreeuwd door stem of instrument. Sterker: ik heb nog nooit een zo krachtige band gehoord, waar de zanger zo rustig zingt. Demons heeft een Porcupine Tree achtige sfeer. Een ogenschijnlijk voortkabbelend nummer maar het ingenieuze gitaarwerk en – uiteraard – drumwerk doet het nummer boven het niveau van een ogenschijnlijke ‘single’ uitstijgen. Stevig en dromerig tegelijk. Het handelsmerk van deze band, die steeds verder uitgewerkt wordt de laatste albums.
Sfeer.
Driving like maniacs heeft bijna een meditatieve sfeer. Hoe je een song klein kan neerzetten en juist daardoor groots kan laten klinken. Dit is meesterlijk. Dat dit soort muziek nog gemaakt kan worden in de 21e eeuw. Leave be me laat andermaal horen dat The Pineapple Thief in ieder nummer een enorme sfeer weet neer te zetten. Het is vaak donker, maar nergens deprimerend. Ik blijf me afvragen of dit het soort Porcupine Tree zou zijn geweest, als ze nog steeds hadden bestaan. Gavin Harrison was er duidelijk nog niet klaar mee, en thematisch en muzikaal past het toch wel sterk aanwijsbaar in het verlengde van voornoemde band. Too many voices is weer heel anders. Heel introspectief zou je er bij in slaap kunnen vallen. Een rustpunt op het album. Our mire schudt de luisteraar weer wakker. Gavin zet nog een tandje bij en het nummer is één van de sterkste van het album. Het kon uit de jaren tachtig komen, qua sfeer. Precies dit nummer laat de fabuleuze mix horen op dit album. Zang voorop, drums overal overheen hangend en in de microstiltes subtiel opduikend zonder dat het de rest verduistert. Magistraal. De bas is bijna The Cure-achtig. Wat overstuurd gitaarwerk. Porcupine Tree achtig toetsenwerk op het einde. Top heren! Werkelijk tóp!
Out of line heeft eenzelfde variatie in sfeertjes en instrumentatie. Stop making sense is het kleinst gehouden nummer op Versions of the truth. The Game besluit het album en is typisch zo’n nummer at heel geleidelijk onder je huid kruipt. De keyboards zijn hier de grote smaakmaker.
Toch geen minpuntjes te bedenken op dit album? Jawel. De nummers duren allemaal ongeveer even lang. Sommige nummers – The Game bijvoorbeeld -hadden wel een (wat) langere versie kunnen gebruiken (zoals Our Mire wel heeft). Sommige nummers klinken in de studio misschien niet helemaal ‘gerijpt’. Vaak leven deze live op, en The Pineapple Thief is typisch zo’n band die je zeker eens live moet zien.
Om de twee jaar wordt nu een album uitgebracht. Ik was benieuwd geweest hoe dit album had geklonken als het een jaar later was uitgebracht. Een merkwaardig vergelijk met Sparkle in the rain van Simple Minds in dat perspectief, dringt zich op. Dat was ook een sterk album, maar had daar niet méér in gezeten? Maar misschien raak ik verwend en verrast het geluid van The Pineapple Thief op Versions of the truth mij nét wat minder dan op voorgaande twee albums. Het blijft een kanjer van een album, die meerdere luisterbeurten vraagt. ****Thomas Kamphuis
Officiële website: https://www.pineapplethief.com/
Het album Versions of the truth is ook te beluisteren op Youtube
Recente reacties